De wijze waarop onze ouders met ons omgaan vanaf onze geboorte is van grote invloed op hoe we in ons verdere leven relaties aangaan. De manier waarop we als baby en kind leerde hechten en hoe er met onze gevoelens en behoeften omgegaan werd is bepalend voor onze hechtingsstijl. Een onveilige hechting vormt de basis voor codependentie.

We zijn ons over het algemeen niet bewust van onze hechtingsstijl. Dit vindt plaats in je onderbewustzijn. Door je bewust te worden van jouw hechtingsstijl ga je patronen herkennen en kun je bewust andere keuzes maken. En bij andere keuzes horen andere resultaten.

Er zijn 4 verschillende typen van hechting te onderscheiden.

1. Veilige hechting

Een veilige hechting kenmerkt zich door weinig angst en weinig vermijding. Er is vertrouwen in anderen, er is vertrouwen in het zelf, er is ruimte voor eigen emoties en je bent niet bang deze ook te tonen.
In relationele sfeer ervaar je een gevoel van eigenwaarde. Je vindt het fijn bij iemand te zijn en je kunt ook goed alleen zijn.  Er is geen angst voor intimiteit. Zelfstandigheid en afhankelijkheid zijn in balans. Je hebt weinig angsten en problemen in én met relaties.

En dan zijn er 3 onveilige hechtingsstijlen. Hier is disbalans tussen afhankelijkheid en onafhankelijkheid. En deze disbalans geeft hechtingsproblemen.

2. Angstige hechtingsstijl (verlatingsangst)

Als je inconsistente ouders had die niet konden voldoen aan jouw behoeftes, de ene keer hadden ze wel aandacht voor je en de andere keer niet, dan kun je een angstige hechtingsstijl ontwikkelen. Je groeit op in altijd aanwezige onzekerheid.
De angstige (ook wel gepreoccupeerde stijl) kenmerkt zich door veel angst, onzekerheid en weinig vermijding. Je neigt naar een symbiotische relatie en wil je liefst aan de ander vastklampen.
Je ervaart veel zorgen en zorgelijke gedachten. Je hebt weinig vertrouwen in je zelf, weinig eigenwaarde en probeert deze leegte te vullen door een overdreven behoefte aan bevestiging van buitenaf.
De balans is doorgeslagen naar de afhankelijke kant.

Met een angstige hechtingsstijl ben je onzeker over jezelf, over je partner en je hebt last van verlatingsangst. Je bent snel jaloers. Je gedraagt je claimend en wil steeds  horen dat de ander van je houdt en dat jij belangrijk bent voor je partner. Je hebt een enorme controledrang. In de praktijk gaat dit vaak gepaard met veel emoties

3. Vermijdende hechtingsstijl (bindingsangst)

Wanneer je niet op de liefde en steun van je ouders kon rekenen, en je hier heel vaak in teleurgesteld werd, kun je ook een vermijdende hechtingsstijl ontwikkelen. Je hebt geleerd dat je je beter niet te veel aan iemand kunt hechten omdat het alleen maar teleurstelling oplevert.  Je zou wel graag een relatie willen, maar je vermijd dit omdat je bang bent dat dit alleen maar pijn en/of teleurstelling zal opleveren. Jij kunt het allemaal wel alleen. De balans slaat door naar de onafhankelijke kant.

Als je vermijdend gehecht bent, houd je anderen op veilige afstand en vermijd je werkelijke verbinding. Zo lang je alleen bent gaat het prima. De problemen beginnen als je een relatie hebt en als je partner behoefte heeft aan nabijheid. Dan wil je het liefst vluchten. Je verzint voor jezelf excuses waarom je partner het toch niet is voor je. Je houdt je partner op afstand omdat dit veilig voelt.

4. Angstig vermijdende hechtingsstijl (verlatings- en bindingsangst)

De angstig vermijdende stijl wordt gekenmerkt door angst, onzekerheid en veel vermijding.
Je voelt je onzeker over je zelf. Dit maakt je inconsistent, angstig en verward. In (intieme) relaties zoek je bevestiging buiten je zelf. Je hebt bevestiging nodig voor validatie van je zelf, voor je eigenwaarde. Tegelijkertijd heb je negatieve verwachtingen van de ander waardoor je de verbinding mijdt. Deze tegenstrijdigheden leveren een lastige situatie op. Dit is een combinatie van bindingsangst en verlatingsangst. In de praktijk zie je dan een patroon van aantrekken en afstoten. De welbekende knipperlichtrelaties.

Tegenpolen

Partners met onveilige hechtingsstijlen trekken elkaar vaak aan. Een partner met een angstige hechtingsstijl zal sneller aangetrokken worden tot iemand met een vermijdende hechtingsstijl en andersom. Tegenpolen trekken elkaar aan.  Als je onveilig gehecht bent dan is iemand met een veilige hechting vaak ‘saai en niet interessant’. Voor mensen met een onveilige hechting is chaos normaal.

Een relatie tussen 2 onveilig gehechte personen is bijna altijd problematisch. Bij een combinatie van angstige en vermijdende hechting, krijgt de persoon die angstig gehecht is, emotioneel nooit wat zij/hij nodig heeft. En de persoon met de vermijdende hechting voelt zich steeds overweldigd en blijft zich terugtrekken. Wat de pijn triggert bij de angstig gehechte persoon. Allebei deze personen worden in hun oude kind patronen en oude pijn getriggerd. De angstig gehechte persoon voelt zich niet gewaardeerd en niet geliefd en de vermijdende persoon bevestigt haar of zijn overtuiging dat relaties overweldigend en teleurstellend zijn en dat zij of hij beter af is alleen.

Sensitiviteit en responsiviteit

Wat nodig is voor gezonde hechting, is sensitiviteit en responsiviteit van de ouders. Een sensitieve reactie betekent dat de signalen van het kind gezien worden, dat deze begrepen (sensitiviteit) worden en dat er snel en adequaat op gereageerd wordt (responsiviteit). Je kunnen inleven in het gevoel van het kind en reageren op een responsieve manier. Een emotie mag er zijn bij het kind en stel het kind daarin gerust.

Een sensitieve en responsieve reactie geeft een goede sociaal-emotionele ondersteuning. Insensitiviteit en weinig responsiviteit daarentegen uiten zich door onverschilligheid en weinig interesse of juist straffend en weinig rekening houdend gedrag met het gevoel van het kind. Als het kind een ongeïnteresseerde reactie krijgt ervaart het een gevoel van er niet toe doen, zijn/haar emoties zijn niet belangrijk. Je mag je ouder niet storen bij bezigheden met jouw onbelangrijke emoties. En dus zal het kind emoties uiteindelijk niet meer uiten. Als kinderen vaak op deze manier benaderd worden is dat tekenend voor de manier waarop ze hun ouders vertrouwen en voor de manier waarop ze met leeftijdsgenootjes omgaan.

Veilige binding

Wanneer je op structurele basis een responsieve reactie moet missen, is het moeilijk om een veilige band te krijgen met je ouders. En als je ouders niet veilig zijn dan is de band met jezelf en met de rest van de wereld op zijn minst getroebleerd. Voor die veilige band is het nodig dat een kind ervaart dat zijn ouders er voor hem zijn, dat hij om hulp kan vragen als hij dat nodig vindt. Voor kinderen die dit niet ervaren wordt het ook moeilijker om zich goed te kunnen inleven in een ander. Zij leren immers dat ze niet op hun gevoel mogen vertrouwen. En als je niet op je eigen gevoel mag vertrouwen, is de kans niet groot dat je wel het gevoel van anderen leert vertrouwen.

Effecten van een onveilige hechting

Hechtingsproblemen hebben grote nadelige gevolgen. In de eerste plaats voor de persoon zelf. Als je als kind geen veilige hechting hebt ervaren, heeft dat invloed op de veerkracht, op het verwerven en houden van sociale steun, op het goed kunnen reguleren van emoties, op hoe stevig de basis van vertrouwen is. Kinderen en volwassenen met hechtingsproblemen hebben een grotere kans op psychiatrische aandoeningen, zoals depressies, verslavingen, angststoornissen, eetproblemen, etc. Maar ook ernstige gedragsproblemen en crimineel gedrag. In gevangenissen vind je veel grotere percentages mensen met een hechtingsproblematiek dan in de gewone maatschappij.

Kinderen met hechtingsproblemen

De hechtingsstijl waarmee je zelf bent grootgebracht, zie je vaak terug in je eigen kinderen! Blijkbaar wordt er in de eerste periode van iemands leven haast onuitwisbaar ingeprent ‘hoe mensen met elkaar omgaan’.

En een betere reden om met jezelf aan het werk te gaan om je eigen hechtingssystematiek eens onder de loep te nemen is er niet. Jij kunt ervoor zorgen dat jouw kinderen een betere basis krijgen dan je zelf hebt gehad.

PS. Ik weet inmiddels uit eigen ervaring dat we kunnen helen. Dat is hard werken, maar o zo de moeite waard! Vind je ‘zelf’ en je eigen vrijheid! En als je wilt weten of ik je daarbij kan helpen neem dan zeker contact met me op.